Omdat de inspecteur uw aangifte moet kunnen controleren, bent u wettelijk verplicht alle gevraagde informatie te verstrekken die van belang kan zijn voor uw belastingheffing. Ondernemers zijn zelfs verplicht deze informatie ook te verstrekken als het de belastingheffing van een derde betreft.
Voldoet u niet aan uw verplichting de gevraagde informatie te verstrekken, dan kan de inspecteur een informatiebeschikking opleggen. Hierin geeft hij aan welke informatie hij alsnog van u ter inzage vordert.
Voldoet u na een informatiebeschikking ook niet aan uw plicht de gevraagde informatie te verstrekken, dan kan de bewijslast worden omgedraaid. De inspecteur legt dan een aanslag op en u moet maar aantonen dat deze te hoog is vastgesteld.
Een informatiebeschikking moet wel voldoende concreet zijn. In genoemde rechtszaak had de inspecteur informatie opgevraagd, waarvan niet duidelijk was welke informatie bedoeld werd en waarvoor deze gebruikt zou worden.
In de betreffende zaak ging het om de aan- en verkoopbescheiden van onroerende zaken. Die kunnen van belang zijn voor de belastingheffing, maar in deze zaak beschikte de inspecteur al over diverse bescheiden. Hij had echter niet aangegeven welke bescheiden hij nog miste, hij had zelfs niet gesteld dat er nog meer bescheiden aanwezig waren, noch aangegeven waarom die mogelijke ontbrekende bescheiden van belang zouden kunnen zijn voor de heffing van inkomstenbelasting.
Het hof achtte het op deze manier vissen naar mogelijke stukken niet toegestaan en vernietigde voor dit gedeelte de informatiebeschikking.
Krijgt u te maken met een informatiebeschikking van de Belastingdienst, neem dan contact met ons op.