In de Successiewet is voor het fiscaal vriendelijke schenken of vererven van een onderneming een bedrijfsopvolgingsregeling opgenomen, in de praktijk ook wel BOF of BOR genoemd. Deze regeling voorziet in een voorwaardelijke vrijstelling van 100% van de waarde van de onderneming, voor zover de waarde van de onderneming niet meer bedraagt dan € 1.134.403 (bedrag 2022). Voor het meerdere is de vermindering 83%.
Als de onderneming met toepassing van de bedrijfsopvolgingsregeling door schenken of vererven is overgegaan, moet de onderneming gedurende tenminste vijf jaren door de ontvanger worden voortgezet, het zogenaamde voortzettingsvereiste.
De Belastingdienst meende dat per definitie niet aan dit voortzettingsvereiste is voldaan als de onderneming binnen die vijf jaar wordt verhuurd. De Hoge Raad was het daar niet mee eens. Verhuur van de onderneming betekent naar het oordeel van de Hoge Raad niet automatisch dat de onderneming is gestaakt. Daarmee kan dus nog steeds aan het voortzettingsvereiste worden voldaan.
Of bij verhuur van de onderneming niet langer aan het voortzettingsvereiste wordt voldaan, moet naar het oordeel van de Hoge Raad beoordeeld worden aan de hand van voorwaarden die voor staking en vervreemding gelden in de inkomstenbelasting.
In de inkomstenbelasting betekent verhuur van de onderneming ook niet per definitie staking van de onderneming. Als een ondernemer zijn onderneming verhuurt, kan dat namelijk ook onder voorwaarden beschouwd worden als voortzetting van de onderneming.
Let op! Of sprake is van voortzetting van de onderneming of van staking, is sterk afhankelijk van de feiten en omstandigheden. Onder meer de voorwaarden waaronder de verhuur plaatsvindt, spelen hierbij een rol.
Tip! Denkt u na over verhuur van uw onderneming, neem dan contact op met een van onze adviseurs voor nader advies.