De vrijstelling betekent dat de vergoeding niet ten laste van de vrije ruimte van de WKR, de werkkostenregeling, komt. De vrije ruimte is vanwege de coronacrisis voor dit jaar al extra verhoogd.
De vrije ruimte bedraagt dit jaar door de verhoging 3% (was 1,7%) over de eerste € 400.000 van de loonsom. Over het meerdere bedraagt de vrije ruimte 1,2%. Dit percentage wordt niet verhoogd.
De vrijstelling hangt samen met de verplichting om in het openbaar vervoer vanaf 1 juni een mondkapje te dragen. De kosten van mondkapjes behoren daardoor tot de werkelijke kosten van het openbaar vervoer. Uit de berichtgeving van de Belastingdienst blijkt echter niet dat de vrijstelling alleen van toepassing is op werknemers die het openbaar vervoer gebruiken. Wel zal er dan een zakelijk motief moeten zijn.
De berichtgeving maakt niet duidelijk of ook het verstrekken van mondkapjes onbelast is, maar gelet op de ratio van de regeling mag hiervan worden uitgegaan.