Wanneer de uren waarover loon wordt betaald (de verloonde uren) de contractuele overeengekomen uren (de contracturen) met meer dan 30% overstijgen in de loonaangifte over het betreffende kalenderjaar, moet er een herziening van de lage (2,94%) naar de hoge (7,94%) WW-premie plaatsvinden. Dit is alleen anders als er minimaal 35 uur per week is overeengekomen. In die situatie geldt deze bepaling niet en mag er binnen de grenzen van de Arbeidstijdenwet onbeperkt worden overgewerkt, zonder dat de werkgever de lage WW-premie moet herzien naar de hoge WW-premie.
Deze bepaling leidt nu tot onbedoelde effecten in sectoren waar vanwege het coronavirus veel extra overwerk nodig is, zoals de zorg. De Stichting van de Arbeid heeft daarom verzocht deze regeling aan te passen. Het kabinet heeft toegezegd de regeling tijdelijk, dat wil zeggen alleen voor het jaar 2020, te wijzigen.
Een gerichte sectorale maatregel zou uitvoeringstechnisch zeer bewerkelijk zijn. Om die reden is ervoor gekozen om voor het jaar 2020 een generieke uitzondering te maken die geldt voor alle werkgevers, wat betreft de 30%-herzieningssituatie. Een generieke oplossing voorkomt daarnaast onduidelijkheid over wie er wel of niet onder de uitzondering moet vallen.
Let op! Dit betekent concreet dat werkgevers over het jaar 2020 de WW-premie op grond van de 30%-herzieningssituatie niet hoeven te herzien.
Om dit te realiseren wordt het besluit Wfsv aangepast. Per 1 januari 2021 zal de reguliere herzieningssituatie weer in werking treden.