Het gebruikelijk loon dient volgens de wet te worden vastgesteld op 75% van het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking of op het hoogste loon van de werknemers die in dienst zijn bij uw bv, indien een van deze bedragen meer is dan € 47.000. Is het loon uit de meest vergelijkbare dienstbetrekking lager dan € 47.000, dan wordt het gebruikelijk loon vastgesteld op dit bedrag.
In bovengemelde uitspraak had een bv aan zijn dga geen salaris uitbetaald, omdat de man bijna het hele jaar ziek was geweest. In het jaar had hij ook een hartoperatie ondergaan. Toch vond de rechtbank dat het gebruikelijk loon volgens de wettelijke uitgangspunten moest worden vastgesteld.
De rechter wees erop dat wettelijk een doorbetalingsverplichting geldt van het loon bij ziekte. Ook bleek uit de cijfers dat er in het betreffende jaar omzet was gemaakt. Omdat de dga hiervoor zorgde, had hij in ieder geval enige arbeid verricht.
De bv wees er ook nog op dat er sprake was van een verliesgevende situatie die ervoor zorgde dat het gebruikelijk loon niet kon worden uitbetaald. De rechtbank vindt het enkele feit dat er verlies werd gemaakt onvoldoende. Als de situatie zo penibel is dat het gebruikelijk loon niet meer betaald kan worden, moet dit voldoende aannemelijk worden gemaakt. De naheffingen loonbelasting bleven dan ook in stand.
Heeft u vragen over de hoogte van het gebruikelijk loon, neem dan contact met ons op.