Een lasser is ziek geworden door een motorongeluk. De werkgever heeft echter te weinig gedaan voor zijn re-integratie, wat leidde tot een loonsanctie. Na afloop van deze sanctie kreeg de werknemer op 1 maart 2024 een IVA-uitkering. De gemachtigde van de werknemer vroeg de werkgever in een e-mail op 11 juni 2024 om mee te werken aan de beëindiging van het dienstverband met betaling van de transitievergoeding en de eindafrekening. De werkgever besloot alleen het vakantiegeld uit te keren en laat het dienstverband slapend voortbestaan.
De werknemer indiende een verzoek tot ontbinding, waarin hij naast de transitievergoeding ook vroeg om uitbetaling van zijn opgebouwde en niet-genoten vakantiedagen tot het einde van het dienstverband.
De kantonrechter verwijst naar de Xella-beschikking van de Hoge Raad en stelt dat de werkgever moet meewerken aan het verzoek van een langdurig arbeidsongeschikte werknemer om het dienstverband te beëindigen. In deze zaak moet de transitievergoeding worden berekend tot de einddatum van de loonbetalingsverplichting, wat dus 1 maart 2024 is.
De kantonrechter merkt op dat volgens de wet (artikel 7:634 BW) de opbouw van vakantiedagen is gekoppeld aan het recht op loon. De rechter verwijst naar literatuur die stelt dat dit wetsartikel in strijd is met artikel 7 lid 1 van de Richtlijn 2003/88/EG en met rechtspraak van het Europese Hof van Justitie (HvJ EU). De rechter kan deze regeling niet richtlijnconform uitleggen, omdat dat in strijd met de wet zou zijn.
Het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (Handvest Grondrechten EU) komt hier ter hulp. Artikel 31 lid 2 van het Handvest kan worden ingeroepen in een geschil tussen particulieren. Bovendien heeft het HvJ EU bepaald dat als een nationale regeling niet compatibel kan worden geïnterpreteerd met het Handvest, het aan de rechter is om de rechtsbescherming te waarborgen door zo nodig de nationale regeling die daarmee in strijd is buiten toepassing te laten.
Met andere woorden: het idee dat een werknemer alleen vakantie-uren opbouwt wanneer hij recht heeft op loon, is in strijd met Europees recht. Zieke werknemers bouwen vakantiedagen op gedurende hun volledige ziekteperiode, ook na de eerste twee jaar, ongeacht de arbeid die ze verrichten of het recht op loon dat ze hebben.
De opbouw van vakantiedagen loopt door tot 12 augustus 2025, de einddatum van het dienstverband van de werknemer. De werkgever moet de opgebouwde en niet-genoten vakantiedagen tot die datum uitbetalen.