Hoe zit het eigenlijk wanneer je bij de handel in crypto gebruikmaakt van software die automatisch aan- en verkooporders plaatst op basis van bijvoorbeeld een specifieke marge? Deze vraag kwam aan bod in een rechtszaak die werd behandeld door het gerechtshof in Amsterdam.
In deze zaak betreft het een handelaar in cryptocurrencies. Deze persoon had eerder gewerkt bij een bedrijf dat software ontwikkelde voor onder andere videogames. Op een gegeven moment begon hij zelf te handelen in cryptocurrencies, waarbij hij een zogenaamde trading bot ontwikkelde.
Deze trading bot zorgde voor het uitvoeren van meer dan 50.000 aan- en verkooptransacties per jaar, waarbij werd ingespeeld op koersverschillen op verschillende beurzen waar cryptocurrencies werden verhandeld. Doordat de bot razendsnel kon reageren op deze koersfluctuaties, behaalde de handelaar positieve resultaten. Gemiddeld verdiende hij tussen 2018 en 2022 zo’n € 309.000 per jaar.
Om als een bron van inkomen te worden beschouwd en belast te worden in box 1, moet er sprake zijn van deelname aan het economische verkeer met de intentie om winst te maken. Daarnaast moet dit voordeel redelijkerwijs te verwachten zijn. Als er geen sprake is van een bron van inkomen, dan vindt belastingheffing plaats in box 3.
Let op!Bij belastingheffing in box 3 wordt doorgaans geheven over de waarde van je cryptocurrencies op 1 januari. Mocht je gebruik willen maken van de tegenbewijsregeling, dan wordt het werkelijke rendement dat je gedurende het jaar hebt behaald belast in box 3. Voorwaarde is dat het totale werkelijke rendement in box 3 dat jaar lager is dan het forfaitaire rendement. Neem voor meer informatie contact op met onze adviseurs.
De Belastingdienst en de handelaar kwamen tot de conclusie dat de handel in cryptocurrencies een deelname aan het economische verkeer inhield, met de doelstelling om winst te maken. De handelaar was echter van mening dat dit voordeel niet redelijkerwijs te verwachten was, aangezien het handelen puur speculatief zou zijn.
Hoewel de resultaten jaarlijks sterk varieerden, was het gerechtshof van mening dat de transacties niet uitsluitend speculatief waren. Door het toepassen van de trading bot werd er namelijk voordeel gehaald uit marktimperfecties. Daardoor bleek de kans op succes ongeveer 75% te zijn. Het gerechtshof concludeerde dat het behaalde voordeel dan ook redelijkerwijs te verwachten was en dus belastbaar in box 1.